Het heeft mij echt ontzorgd dat ze hier terecht konden.
Lof voor persoonlijke zorg bij Contrefort
Mijn ouders wonen nu 2 jaar op Contrefort, sinds Valentijnsdag 2019. Ons mam dementeerde toen al behoorlijk en had al langer een indicatie. Met ons pap ging het ook steeds slechter, mentaal maar ook fysiek. Hij is suikerpatiënt, maar als hij dan zichzelf moest spuiten, spoot hij zich ineens twee keer per dag. Ook met thuiszorg lukte het niet meer. En toen mochten ze gelukkig samen hiernaartoe.
Het heeft mij echt ontzorgd dat ze hier terecht konden. De tijd ervoor was erg zwaar. Ons mam had niet door dat ze het allemaal niet meer wist en kon. Ze dacht bijvoorbeeld dat ze nog zelf kookte. Dan zette ik heel de koelkast vol met kant-en-klare maaltijden die ons pap dan warm maakte. Ze wist zeker dat ze dat dan zelf gemaakt had. Hetzelfde met de was: één keer in de week ging ze op de koffie bij een jongere zus, en dan kreeg ik een appje dat ik snel het huis in kon. Bed verschonen, was meenemen. En dan dacht ze altijd dat ze dat zelf had gedaan.
Altijd denken in oplossingen
In de verre omgeving is dit de enige plek met twee echtparenkamers. Dit is echt uniek en ik ben er zo blij mee. We hebben een moeilijk begin gehad. Ondanks dat ze hier hun eigen spulletjes hadden, was ons mam toch de weg kwijt. Dus ze liepen steeds weg; dan gingen ze in hun appartement door het raam naar buiten. Ons mam (nu 85 jaar) zei tegen ons pap (nu 87): “Pap, kontje!” En dan hielp hij haar over de poort. Aan de andere kant stond ze dan heel boos: “Kom je nog, ik ben al hier!” Maar hij kreeg natuurlijk geen kontje.
Dan liepen ze door de wijk en moesten wij ze weer gaan zoeken. En dan zaten we hier met de verzorgenden, de manager, een ergotherapeut, de technische meneer … Ik was echt bang dat ze terug naar huis zouden moeten. Maar toen hebben ze een heel groot schilderij van een koe aan de poort gehangen, waardoor ze het niet meer als doorgang zagen. Eindelijk kwam er rust.
Ze denken aan alles. Mijn ouders vonden het heel lastig om te gaan slapen en deur niet op slot te kunnen draaien; dat waren ze immers gewend. Dus toen werd er een draaiknop op gezet die gewoon van buiten te openen is door de verzorging, maar wel voelt als een slot voor mijn ouders. Er wordt heel goed voor ze gezorgd en ik vind het ontzettend knap dat ze steeds in oplossingen blijven denken.
Aandacht voor wat zíj belangrijk vonden en vinden
Dementie is een nare ziekte, ik weet dat mijn moeder dit nooit gewild zou hebben. Ze vond het altijd belangrijk dat ze er netjes uit zag, dat haar haren goed zaten. Dat ze mooi aangekleed was, kettinkje, oorbelletje. Ze was er vroeger ook altijd fel op dat we elke dag zouden douchen, dat vond ze belangrijk. Nu vergeet ze dat zelf, maar de verzorgenden blijven proberen. Dus dan komen ze ’s ochtends op de slaapkamer en dan vragen ze: “Zo, en wie gaat er als eerste onder de douche?” En dan zegt ons moeder: “Oh, ikke!” En hup, daar gaat ze.
Ze waren altijd heel actief, tot het einde aan toe heeft mijn vader nog autogereden. Ook nu blijft hij zijn auto zoeken. Dan heeft hij zijn jas aan en dan gaat het van “Waar is m’n auto nou, ik kan m’n auto nergens vinden!” Maar dan zeggen ze gewoon: “Je auto staat lekker binnen bij Petra in de garage.” En dan gaat zijn jas weer uit en is het opgelost. Zo knap hoe ze daarmee omgaan.
Kleinschalig
Omdat het hier zo klein is, is het een vaste groep verzorgers. Ons pap en ons mam kennen ze echt. De zorgmedewerkers zijn echt top. In de zorgapp krijg ik altijd zeker twee of drie berichten per dag. Dus ook als het voor mij lastiger is om hier te zijn, kan ik heel goed volgen hoe het met ze gaat. Als het echt nodig is dan bellen ze meteen: als ons pap valt of als er medicijnen veranderen. Er gebeurt nooit iets belangrijks zonder dat ik het weet.
Ze zitten hier met 8 bewoners in de huiskamer en ze helpen regelmatig mee met boontjes doppen, aardappels schillen. Dingen gaan door zoals ze dat vroeger gewend waren. Ze hebben ook fijn contact met andere bewoners. Er zit hier nog een mevrouw, die woonde vroeger in de buurt. Precies even oud als mijn moeder. Ze zijn er heilig van overtuigd dat ze vroeger bij elkaar in de klas hebben gezeten. Geen idee of het waar is, maar ze zijn vanaf dag één hier dikke vriendinnen.
Als er een nieuwe bewoner komt, is dat altijd even wennen. Soms is diegene wat onrustig, voelt het wat druk zo ineens. Dan zetten de verzorgsters gewoon even de tafels weer wat meer uit elkaar met het eten. Ze zoeken continu naar wat het meeste rust biedt in de huiskamer voor alle bewoners.
Persoonlijk …
Ons pap is de enige man in de huiskamer. Laatst met Moederdag zaten alle moeders te stralen met een mooie corsage. Maar ook mijn vader kreeg bloemen. Een familielid van andere bewoners had een mooie bos rozen in de huiskamer gezet: voor alle moeders van woongroep 2, maar ook voor Willem. Hij schoot helemaal vol.
Ze hebben hier ook hun 60-jarige bruiloft gevierd. De verzorgsters hadden een boog gemaakt, ballonnen, bloemen, net als vroeger in de wijk. In het midden stonden tafels klaar. Zo fantastisch dat ze dat hier samen zo hebben kunnen vieren.
Mijn ouders genieten nog zó van wat hier allemaal gedaan wordt: een bloemschikmiddag, een beweegmoment, liedjes zingen; ze doen alles mee. Er wordt elke dag wel iets georganiseerd. Ons pap en ons mam hielden ook altijd erg van dansen. Vroeger deden ze dat natuurlijk samen, maar ons pap kan ons mam niet meer goed ondersteunen. Dus nu danst gewoon één van de verzorgsters met ons moeder. Dan is ze heerlijk aan het walsen en dan krijg ik weer zo’n mooie foto of video.
… zelfs in coronatijd
Ik ben heel erg blij met Marijke, de contactpersoon. Ik mag altijd bellen, altijd mailen, en dan krijg ik heel snel reactie. Ook bespreken we altijd samen het zorgplan om te kijken hoe het gaat, of er medicijnen bij of af moeten, en dan zoeken we continu wat het beste is voor mijn ouders. Ik realiseer me dat dit een lastige, zware tijd is geweest voor iedereen. En om zelfs op zulke moeilijke momenten nog zo’n goede zorg te kunnen bieden …
Tijdens corona mocht ik natuurlijk niet naar binnen. Maar kwam er een tent buiten, waar ik dan in kon zitten zodat ik door het raam met mijn ouders kon praten via een microfoon. Die microfoon moest eerst getest worden. “Nou Petra, we gaan je vader opgeven voor de The Voice Senior, moet je horen wat hier gebeurt,” stuurden ze me. Ging-ie De Klok van Arnemuiden zingen in de microfoon. Heel leuk. En dan zaten we daar: ik in de tent, zij binnen, in van die luie stoelen met een kopje koffie … Ondanks de nare ziekte en de lastige tijden hadden ze het gewoon niet beter kunnen treffen.